Het rapport van de commissie-Noten over de ledendemocratie binnen de PvdA circuleert voor debat. Leden hebben er ook een enquête over kunnen invullen. Maar op de analyse van het rapport valt nog wel wat aan te merken: die ontbreekt namelijk. Hoe moet dat nu als er in april over gestemd wordt op het congres?
In december 2012 lag het rapport Tussen leden en leiders van de commissie Ledendemocratie, ook wel de commissie-Noten, in het partijbestuur van de PvdA op tafel. Dat was een hele prestatie, want de werkzaamheden waren eigenlijk pas in september van dat jaar begonnen, na een nogal lange aanloop waarin de commissie moest worden samengesteld, en waarin vervolgens het kabinet-Rutte I viel en er campagne gevoerd moest worden.
Dat het rapport in haast is gemaakt, is helaas goed te merken. Was het een artikel voor een serieus blad geweest, dan zou het teruggezonden zijn met de opmerking dat het nog niet rijp was. Maar dat heeft het partijbestuur niet aangedurfd. Hoeveel goede bedoelingen de opstellers ook hadden, ze leveren daarmee het zoveelste rapport af over de partijorganisatie van de PvdA dat onder de maat is en waar weinig of niets mee gedaan kan worden. Opvallend is bijvoorbeeld dat in de toch al schrale opsomming van geraadpleegde literatuur, geen enkel eerder uitgebracht rapport over de partijdemocratie wordt vermeld, laat staan dat op enige wijze is nagegaan wat die hebben opgeleverd.
Natuurlijk kan bijna geen enkel rapport in de schaduw staan van het rapport van de commissie-Van Kemenade (1991) dat tot ingrijpende organisatorische wijzigingen leidde. Maar nog maar tien jaar geleden (2003) werd onder het motto ‘politiek is mensenwerk’ het resultaat van een commissie Partijvernieuwing door het congres aanvaard, waarvan overigens een deel weer ongedaan werd gemaakt via de congresresolutie van 2008 over, jawel, gewenste partijvernieuwing.
Lees de rest van het artikel in de PDF.